woensdag 12 september 2012

Met de Buddha op vacantie 3 (slot)

Bij nadere lezing (Armstrong) en overweging lijkt het er op dat ik de Tweede Waarheid te modern heb geduid. De leegte van het zelf is blijkbaar toch geen voldongen feit dat alleen maar door de verlichtingzoekende hoeft te worden ontdekt. Nee het Zelf moet eerst met veel moeite en versterving van begeerten en gevoelens om zo te zeggen worden leeggepompt. Kennelijk kan het inzicht dat het Zelf een illusie is in het B. toch alleen worden bereikt langs de weg van de Stoicijnse apathie. Die reductie van het Leven zelf heeft mij nooit echt aangesproken. Al die aanbevelingen tot onthechting hebben iets krampachtigs. Je gooit het kind met het badwater weg.Wat is natuurlijker dan de rouw van Ananda bij de dood van zijn meester en levensgezel? Maar nee dat is niet verlicht genoeg.
Ik beschouw pogingen om elke vorm van emotie buiten boord te houden niet als Verlichting maar als angst voor het leven uit angst voor de dood.

dinsdag 11 september 2012

premier-bonus

Je moet het Samsom nageven: hij heeft met zijn diepe buiging naar links de PvdA in enkele maanden toch weer in het zadel geholpen. Ik voorspelde toen dat de SP dit keer aanspraak zou kunnen maken op de premier-bonus maar ik zat er dus weer eens lelijk naast. Of we andermaal bedrogen zullen uitkomen zal een week na de verkiezingen wel blijken. Optimistisch ben ik niet over de duurzaamheid van dat linkse gezicht.

P.S. Ik doel met die argwaan natuurlijk niet op de reeele noodzaak om compromissen te sluiten bij regeringsvorming.

dinsdag 4 september 2012

met de Buddha op vacantie 2

Je kunt geen boekje over het B. opslaan of je krijgt de volgende anecdote voorgeschoteld:
Een jonge vrouw heeft haar kind verloren en is geheel buiten zinnen van verdriet. De Buddha belooft haar te helpen wanneer zij hem mosterdzaad brengt uit een huis waar niemand is gestorven. Zij gaat van huis naar huis maar overal is wel een sterfgeval geweest. Weer bij zinnen gekomen sluit zij zich aan bij de volgelingen.
Wat gebeurt hier en vooral wat gebeurt er niet?
Volgens mij zet de B. met zijn opdracht een volstrekt normaal proces van rouwverwerking in gang.
Wat hij niet doet is zeggen: meisje kom is bij me zitten, dan zal ik je uitleggen dat je zelf, je ik een illusie is; dan gaat de pijn wel over. Dat zou ook zinloos zijn want haar ego speelt in haar verdriet geen enkele rol. Zij is geheel buiten zichzelf van ellende.
Kortom de verlichting en de bevrijding die het besef van de leegheid van het zelf zou brengen heeft kennelijk geen betrekking op werkelijke angst en verdriet.
De bevrijding functioneert vermoed ik alleen voor illusoire en ego-gedreven angsten. En dat is precies waar de volgelingen van B. op grote schaal aan leden.
Volgens Karen Armstrong bestond in de Gangesdelta in die periode een obsessionele angst voor reincarnatie - de eeuwige wederkeer naar weer een volgend afschuwelijk leven. In het Westen vinden wij het idee van reincarnatie tegenwoordig wel jolig. Nog een keer feesten en partijen. Maar de religieus geinspireerden in Bs tijdsgewricht zagen het meer zoals een gereformeerde boer het vooruitzicht van eeuwig branden in de hel. De hoop en ook de B.s aanvankelijke inzet was om daar op een of andere manier een uitweg uit te vinden.
En je zou kunnen zeggen dat de B. daarin in zeker opzicht succesvol was. Als je voornaamte angst is dat je Zelf tot in eeuwige dage moet terugkeren, dan is de mededeling, dat het hele bestaan van je Zelf niet meer dan een illusie is, zeker relevant. Wie zal zich blijvend zorgen maken over het al dan niet voortbestaan van een non-descripte Leegte?
De ironie wil natuurlijk dat de B. wel Verlichting bracht maar dat zijn leerlingen - zoals ten alle tijde en bij alle geestelijk leiders gebeurd is - wel de klok hebben horen luiden van de boodschap maar de klepel niet hebben kunnen vinden.
En dus maakt reincarnatie - paradoxaal- nog steeds een voornaam onderdeel uit van de geloofsleer.

maandag 3 september 2012

Met de Buddha op vacantie

Zoals we al zagen is het erkennen van het lijden en het onder ogen zien van de onvermijdelijke ellende en het onmiskenbare onrecht in de wereld de eerste Nobele Waarheid van het Boeddhisme.
Dat betekent trouwens ook dat we niet trappen in de valkuil van het onbarmhartige psycholische mechanisme (waarvan mij de naam ontschoten is) waardoor wij neigen de rampen of de mazzel die mensen ten deel vallen toe te schrijven aan hun persoonlijke schuld of verdienste omdat wij de gedachte van een onverschillig en onrechtvaardig Noodlot onverdragelijk vinden.
Hier wordt niks goedgepraat. Integendeel. Het lijden vormt het uitgangspunt van de leer.
De Tweede Nobele Waarheid is wat mij betreft even overtuigend: het Zelf is een illusie.
Jaloezie, boosheid, verdriet, verlangen, ambities... wat zich in ons afspeelt zijn evenzovele achtereenvolgende toestanden van niet-ik. Het ik zit erbij en kijkt er naar. Het zorgt hoogstens voor een illusie van continuiteit. Zelf is het Leegte.
Het is goed mogelijk dat de Buddha dit als eerste bedacht en geformuleerd heeft. Het is nadien natuurlijk door velen opnieuw bedacht. Vermoedelijk al in onze eigen oudheid (Stoa)  en zeker door bijvoorbeeld Hume.
Maar het is tegenwoordig niet meer alleen een uitkomst van filosofische introspectie. De nieuwe breinwetenschappen hebben ook voor empirische onderbouwing van de stelling gezorgd.

Bij de volgende waarheden wordt het helaas voor mij wat vager. Niet verbazend voor de uitspraken van een genie van 2500 jaar geleden die zelf niets opschreef en afkomstig was uit een totaal andere cultuur. Waarbij nog komt dat voor mijn studie van het B. het woord opppervlakkig voorlopig nog een eufemisme is.
Wat ik er van begrijp behelst de Derde Waarheid dat de beide eerdere inzichten voor iedereen toegankelijk zijn die bereid is het achtvoudig nobele pad te volgen.
Ik juich toe dat de waarheid voor de Buddha niet een esoterische aangelegenheid is voor een priesterlijke elite, maar door iedereen kan worden bereikt. En ik juich ook toe dat iedereen die een beter mens is dan ik de bewonderenswaardige weg van inzicht en compassie volgt die hem of haar een nog beter mens kunnen maken.
Maar ik zie het voorwaardelijke verband tussen de Boeddhistische zelfverbetering en de eerste twee stellingen niet.
Men kan zeer wel het kwaad in de wereld en de uitkomsten van de moderne breinwetenschap erkennen zonder eerst een fatsoenlijk mens te worden.
En daarmee raakt meteen de vierde Nobele Waarheid in de problemen, die belooft dat het resultaat van deze inspanningen zal leiden tot Verlichting en daarmee bevrijding van het lijden. Men komt er blijkbaar als het ware boven te staan. Maar over wat voor soort lijden gaat het hier?
Waar leidt dit toe en wie is hier nu echt mee geholpen?